Joke Barra ademt Brussel. Ze is er geboren, getogen én zoekt en vindt er ook steeds een plekje voor de klas. “Je moet een hart hebben voor Brussel en de vele culturen om hier les te kunnen geven”, ervaart de wiskundeleerkracht in COOVI secundair onderwijs in Anderlecht.
Het Nederlandstalig onderwijs in Brussel staat voor kwaliteitsvol onderwijs in een uitdagende en grootstedelijke leeromgeving. Met dat geloof zet de campagne #leerkrachtBXL van de Vlaamse Gemeenschapscommissie het belang en succes van Brusselse leerkrachten in de kijker. Want gemotiveerde leerkrachten maken het verschil voor de Brusselse ketjes. Een van die ijverige lesgevers is Joke Barra, leerkracht wiskunde, fysica en chemie in de tweede en derde graad TSO van COOVI secundair onderwijs in Anderlecht.
Lokroep
“Ik ben bezig aan mijn tweede jaar op deze school. In totaal sta ik nu zes jaar voor de klas”, schetst ze. “Ik heb het onderwijs enkele jaren verlaten om meer tijd vrij te maken voor mijn eigen kinderen. Maar ik miste het contact met de leerlingen en de voldoening die je eruit haalt om hen iets bij te brengen. De lokroep van de klas haalde het opnieuw en daar ben ik blij om”, glimlacht ze.
Wanneer Joke voor de klas staat, is dat altijd in haar eigen Brussel. Een bewuste keuze. “Ik heb altijd naar een job in Brussel gezocht. Het is belangrijk voor mij dat ik dicht bij huis kan werken. Ik ben nu een tiental minuutjes onderweg naar school. Waarom zou je hier geen les willen geven als je van Brussel bent? Ik ben hier geboren en getogen, ik ken de stad en weet wat er speelt. Ik weet hoe een diverse en multiculturele samenleving in elkaar zit. Die mix in de klas was er bij mij als kind ook al. De diversiteit aan culturen ervaar ik als een pluspunt.”
Leefwereld kennen
“De leerlingen appreciëren het ook dat ik van Brussel ben en hun leefwereld ken”, gaat Joke verder. “Ze voelen wat meer affiniteit met mij en vinden dat wel tof. Als ze praten over iets dat gebeurd is in Brussel, dan probeer ik daarop in te pikken. Soms komt racisme bijvoorbeeld aan bod. Dan probeer ik dat gesprek met hen aan te gaan en de confrontatie niet uit de weg te gaan. Je moet kunnen omgaan met de mondigheid die er bij Brusselse leerlingen vaak is.”
“De sociale situatie van bepaalde leerlingen speelt ook mee. Je weet dat ze soms met vijf samenwonen in een klein appartement. In coronatijd was dat een extra uitdaging. Niet iedereen heeft een eigen laptop. Leerlingen moeten dan hun computer delen met broers en zussen. Daar moet je begrip voor tonen als leerkracht.”
Tweetaligheid
De tweetaligheid die ze van kleins af perfect beheerst, is ook een belangrijk aspect voor Joke. “Wij zijn een Nederlandstalige school, maar de meeste van mijn leerlingen zijn Franstalig, net als hun ouders. In principe moet de communicatie op school in het Nederlands, maar in de praktijk is dat niet altijd haalbaar. Het is als tweetalige Brusselaar zeker een voordeel dat je vlot Frans spreekt .”
Joke geeft naar eigen zeggen niet de meest geliefkoosde vakken van de schoolgaande jeugd. De voldoening is er echter niet minder groot om. “Elke leerling die ik met mijn vak bereik, motiveert mij enorm”, vindt ze. “Zo had een leerling vorig jaar een hekel aan wiskunde. Ik bleef hem steunen en uiteindelijk werd hij de beste leerling van de klas. In Brussel is het heel belangrijk om kinderen duidelijk te maken dat je in hen gelooft. Punten zeggen niet alles. Het is niet omdat iemand slechte punten behaalt, dat hij of zij niets waard zou zijn. Je krijgt zo veel dankbaarheid terug van de leerlingen als ze zien dat je hen niet links laat liggen en hen helpt om een mooi resultaat te behalen”, besluit Joke.
Interesse in een job in Brussel? Ontdek de vacatures van VGC hier!
